Kardoen
In het begin van het jaar was ik nog somber over de kardoen. Vandaag bleek dat hij inmiddels voor enkele nakomelingen zorgde. Er zijn een aantal zaden gekiemd en er staan nu vijf jonge zaailingen klaar om hun ouderplant op te volgen.
De kardoen (Cynara cardunculus) werd al vanaf de vierde eeuw voor Christus door de Romeinen en de Grieken gegeten. Om het te kunnen eten wordt aan het eind van de zomer het blad van de plant bij elkaar gebonden zodat alleen de top onbedekt blijft. Na drie weken zijn de bladeren bleek en zacht. De bladribben, de hartbladen en de mergachtige stengel zijn dan eetbaar en kunnen in verscheidene toebereidingen gegeten worden.
De kardoen kan heel hoog worden. In de kruidentuin is het de sterkste groeier van allemaal. Hij wordt wel ruim 2 meter hoog. Het bloeit van augustus tot september en kan goed tegen droogte.
Karmozijnbes
Hoewel de westerse karmozijnbes (Phytolacca americana) een vaste plant is moeten we hem toch regelmatig herpoten. Hij houdt namelijk van voedselrijke, vochtige, humusrijke grond, terwijl het in de kruidentuin eerder schraal en droog is. Gelukkig heeft Hessel thuis in zijn tuin een rijke voorraad karmozijnbessen waaruit we steeds nieuwe nakomelingen kunnen adopteren.
De gedroogde wortels van de karmozijnbes worden gebruikt als medicijn tegen reuma, astma, dysenterie en aambeien. De bessen kunnen worden gebruikt om wol en stoffen rood tot paars te verven. Ook port en wijn worden gekleurd met het sap van de bessen. Hij bloeit van de zomer tot in de herfst.
De westerse karmozijnbes komt van nature voor in Noord-Amerika en is eeuwen geleden in Europa ingevoerd en verwilderd. Er is ook een oosterse karmozijnbes (Phytolacca esculenta), destijds meegenomen uit West en Centraal Azië. Hoewel de beide soorten veel op elkaar lijken zijn ze toch vrij eenvoudig van elkaar te onderscheiden. De bloemen van de oosterse karmozijnbes hebben 8 meeldraden en de bloemtrossen staan recht naar boven. De donkerpaarse bessen zijn nog geen centimeter groot en bestaan uit 8 partjes. De bloemen van de westerse karmozijnbes hebben 10 meeldraden en de zwartrode, kogelronde bessen hangen in lange trossen naar beneden.
Links de westerse en rechts de oosterse karmozijnbes.
Nu ik de foto’s zo bekijk weet ik eerlijk gezegd niet zeker welke van de twee we nu in de kruidentuin hebben. Nou ja, wachten tot ze bloeien. Dan wil ik proberen of ik de andere soort ook ergens kan krijgen zodat ik ze naast elkaar in de tuin kan zetten.
Nico Rookmaker